Sommige leerlingen zijn net Formule 1-auto’s zonder remmen. Voor je het weet, is het antwoord al door de klas geroepen, ligt er iemand languit in de leeshoek of is de zoveelste overblijfruzie alweer een feit. Wat je dan denkt? “Waarom doen ze dit toch elke keer weer?”
Nou, omdat reactie-inhibitie ↪ nog volop in ontwikkeling is.
Wat is reactie-inhibitie?
Reactie-inhibitie is simpel gezegd: eerst denken, dan doen. Of, nog knapper, soms juist níet doen. Het is de vaardigheid om impulsen te remmen, je gedachten te pauzeren of gedrag bewust bij te sturen. En ja, dat is ingewikkelder dan het klinkt. Zeker als je zeven bent en je hersenen nog druk bezig zijn met het leggen van verbindingen.
Bij jonge kinderen zijn prikkels vaak de baas. Ze zien iets, ze doen iets. En dat is normaal. Maar vanaf een jaar of zes wordt van leerlingen verwacht dat ze hun innerlijke rem wat beter leren gebruiken. Die ontwikkeling kun jij als leerkracht een duwtje in de rug geven. Sterker nog: je doet dat waarschijnlijk al, elke dag.
Wat kun jij doen?
Hieronder wat tips die weinig extra tijd kosten en direct resultaat kunnen opleveren:
Wanneer gaat het goed?
Kinderen die goed zijn in reactie-inhibitie kunnen:
Is het nog niet zo ver?
Dan zie je vaak:
Het goede nieuws: al dit gedrag is te trainen. Het begint bij herkenning, gevolgd door oefenen, oefenen en… juist, nog meer oefenen. Net als leren lezen, maar dan met gedrag.
En de rest van de klas?
Misschien herken je het: je hebt één leerling met een kort lontje en voor je het weet gaat er een halve tafelgroep mee in de emotie. Dat komt doordat reactie-inhibitie nauw samenwerkt met andere executieve functies, zoals werkgeheugen en flexibiliteit. Door het ene te trainen, versterk je dus vaak ook het andere.
Tot slot: houd het klein en concreet
Je hoeft geen aparte lessen te maken of je dag om te gooien. Reageer op het moment zelf, bied alternatieven en help je leerlingen hun gedrag onder de loep te nemen. Gebruik wisbordjes, korte gespreksrondjes of reflectievragen aan het eind van de dag. Geef ruimte voor mislukken, maar ook complimenten voor elk stapje vooruit.
Soms betekent gedragsverandering niet meteen dat het nooit meer misgaat, maar wel dat je leerling weet hoe het anders kan. En dát is al winst.